Een oud Chinees gezegde luidt: ‘In de hemel is het paradijs, op aarde zijn Hangzhou en Suzhou’. De eeuwenoude tuinen van Suzhou worden als de mooiste van China worden beschouwd.
Tijdens de Ming-dynastie lieten rijke kooplieden en ambtenaren grote privé tuinen aanleggen. Hier trokken ze zich terug om zich te wijden aan de natuur, en het beoefenen van diverse vormen van kunst. De tuinen zijn zo ontworpen dat er in over het algemeen elk jaargetijde iets in bloei staat en ’s winters ook een verstilde aantrekkelijke uitstraling heeft. Door een Chinese tuin wandelen is dwalen door galerijen met soms spectaculaire doorkijkjes, paviljoens, kronkelende paden en vijverpartijen met soms een waterval en zelfs kunstig aangelegde eilandjes.
Symboliek staat centraal in de Chinese tuin. Geschreven teksten spelen een belangrijke rol, naast water, stenen en fijnzinnige architectuur.
Paviljoens en onderdelen in Chinese tuinen hebben vaak poëtische namen als: De Tuin van het Thee maken, Het Duizend Dingen Paviljoen, Het Kreunen van de Draak Theehuis, Het Pad door het Bos van de Eeuwige Bamboe en vele andere benamingen. Tijdens mijn bezoek aan China in 2017 heb ik speciaal en aantal oude bijzondere tuinen bezocht.
